Vorig jaar bestond het vrouwenvoetbal 50 jaar bij Be Quick ‘28. Een prachtige mijlpaal. Door omstandigheden konden we dat jaar echter niet vieren zoals we dat normaal zouden doen. De feestelijkheden gaan we nu verplaatsen naar de zomer van 2022. In de aanloop daarnaar toe willen we op de website de nodige aandacht geven aan wat er de afgelopen 50 jaar zoal gebeurde met het vrouwenvoetbal in onze club.
Vrouwen en sport, het was niet altijd een vanzelfsprekende combinatie. Het leidde tot veel discussie en het zorgde voor de nodige controverse. Dat gold voor het vrouwenvoetbal al evenzeer. Maar in 1971 kwam er op voetbalgebied dan toch een opening: na een groeiend aantal initiatieven ging de KNVB overstag en vanaf dat jaar werd het vrouwenvoetbal erkend. Ook Be Quick ging mee in deze maatschappelijke ontwikkeling. In de persoon van Wim van Tongeren werd bovendien een enthousiaste medestander gevonden. Waar bij andere clubs het vrouwenvoetbal vaak weer verdween, daar bleek het bij ons levensvatbaar te zijn. 50 jaar vrouwenvoetbal bij Be Quick, een mooi moment om herinneringen op te halen. In deel 1 keken we al terug met speelsters die er vanaf het begin bij waren. Nu gaan we dat doen met een drietal dat in een later stadium betrokken raakte bij het vrouwenvoetbal in onze vereniging. Aan het woord komen Hilma Tieks , Jolande Westendorp en Jan Oord.
Het vrouwenvoetbal bij Be Quick had al in de jaren ’70 een regiofunctie. Dat gold ook voor de toen in Hasselt woonachtige Hilma Tieks (64). “Ik woonde in Hasselt, werkte in Zwolle, maar voetbalde in Dedemsvaart. Toen heeft Wim van Tongeren (niet ver voor zijn overlijden, GG) mij gevraagd om naar Be Quick te komen. Dat was rond 1976. Dat vonden ze niet zo leuk in Dedemsvaart, maar ik deed het omdat het een niveau hoger was.”
Tieks was niet de enige die van buiten de plaats naar Be Quick toekwam. “Vanuit Olympia ’28 kwamen ook nog Joke de Lange, Jeannette Snijder en Marietje Roeland die in Genemuiden woonde.” Door alle speelsters die van buiten de club kwamen, ging ook het niveau verder omhoog. “Je had bijvoorbeeld Marijke Stegeman die van Zwolse Boys was gekomen, daar kwam je bijna niet langs.” Ook herinnert ze zich nog de zussen Betsy en Dineke Duim. “Betsy stond zes weken na de bevalling al weer op het veld.”
“In totaal speelde ik zo’n acht jaar bij Be Quick. In het begin met Dames 1 trainde ik veel. In 1980 ging ik verder in Dames 2. Minder trainen, maar mijn conditie bleef altijd goed. Ik ben nog wel eens reserve gezet omdat ik een broodje at vlak voor de wedstrijd. Vond trainer Henk de Gunst niet professioneel. Hij vermaande ons ook wel eens als we te veel zaten te ouwehoeren.”
Het ging niet allemaal vanzelf met het vrouwenvoetbal. “We kregen training van Henk de Gunst, omdat niemand de vrouwen wou doen. Ook ging er nog een hele strijd aan vooraf om op het hoofdveld te mogen als Dames 1. Ze waren dan bang dat het werd stuk gelopen.
Tieks, inmiddels woonachtig in Deventer na 40 jaar Hasselt, was geen onbekende in vrouwenafdeling. Ze gaf zelfs een clubblaadje uit binnen de vrouwenafdeling. “Dat was in de tijd dat de letters nog echt gezet moesten worden. Tijdens de trainingen trad ik ook op als verzorgster. Bij wedstrijden deed Diny Bouwman dat.”
Aan goede herinneringen geen gebrek. Tieks: “Het mooist waren de wedstrijden die er echt om gingen. In die jaren vaak de wedstrijden tegen Gramsbergen en Dedemsvaart. Ook heel gezellig waren de weekendjes weg. Bijvoorbeeld naar De Leemkule in Hattem. En we speelden regelmatig internationale toernooien. Daar kwamen we ook Puck uit Deventer tegen, een vrouwenvoetbalbolwerk uit die jaren.”
Jan Oord (62) is allesbehalve een onbekende binnen Be Quick. Inmiddels is hij ruim 50 lid van onze vereniging. Vanaf de jaren ’80 was hij in totaal zo’n 15 jaar betrokken bij de damesafdeling van onze club.
Vrouwenvoetbal, het was allemaal niet vanzelfsprekend. Jan: “ Toen we begonnen was er veel weerstand tegen het vrouwenvoetbal. De KNVB stuurde zelfs nog eens een schrijven rond met voordelen voor vrouwen om te voetballen. Daarin werd verwezen naar de stand van de heupen. Dat zou een voordeel zijn bij het draaien.”
Soms gingen de ogen open: “We speelden eens tegen een Deens team. Dat zag er zo professioneel uit. Wij liepen toen echt nog achter.” In die jaren was Jan ook actief als scout voor de afdeling Zwolle. “Zo kwamen Tineke Smit van Be Quick en Anita Simons uit Lemelerveld nog bij de KNVB-selectie terecht.”
Langzamerhand heeft het voetbal bij Be Quick zich doorontwikkeld. “Met Dames 1 en 2 kwamen uiteindelijk op de hoogste niveaus terecht. Later werd bijvoorbeeld Mary Willemsen belangrijk voor de ontwikkeling van ons voetbal. Ze had toen al duidelijk ambitie en er werd gestart met een voetbalschool.”
Be Quick was in de jaren ’80 nog een van de weinig clubs met vrouwenvoetbal. Jan: “Nu zie je dat natuurlijk bij veel meer verenigingen. En veel clubs hebben nu ook in de jeugdafdeling meisjeselftallen. In de beginjaren hoefden we vaak de veters maar dicht te knopen om de wedstrijd te winnen. Maar dat is nu niet meer zo.”
De ontwikkeling van het vrouwenvoetbal hebben we de laatste jaren ook terug gezien in het nationale elftal: “Sarina Wiegman had een unieke selectie met speelsters. Maar de eredivisie moet nog sterker worden. Naar mijn idee zijn ze met te weinig teams van start gegaan. Gelukkig komen sommige sterkhouders uit het nationale team weer terug in de Nederlandse competitie al zijn ze dan misschien al iets aan het afbouwen.”
Jarenlang was Jolande Westendorp (56) een bekend gezicht binnen de vrouwenafdeling van Be Quick. In 1986 kwam ze voor studie naar Zwolle, waarna ze lid werd van onze club. Eerst als voetbalster, later meer in de rol van trainer. “Vrouwenvoetbal, dat is toch altijd een beetje knokken” zegt ze. “Dat begon al toen ik 13 jaar was en nog in Gorssel woonde. Toen moest ik dispensatie aanvragen om met volwassenen te mogen voetballen. En ja, dan stond ik in het veld met speelsters die 20 of 25 jaar ouder waren.”
Nu is het vrouwenvoetbal maatschappelijk steeds groter geworden. “Gelukkig is het nu veel breder geaccepteerd. Er zijn steeds meer vrouwen die voetballen. Toch was er in kleine verenigingen ook vaak wel een voordeel te zien. Meisjes speelden vaak met jongens mee en dat was zeker goed voor hun ontwikkeling. Door de groeiende populariteit zijn de echt goede speelsters nu gewoon onder te brengen in een meisjeselftal.”
“Bij Be Quick hadden we ook wel geluk. De club zocht altijd naar goede trainers. Zo hadden we met Jan Oord een bevlogen trainer. Je kunt alleen maar zeggen dat het niveau van begeleiding en training door de jaren heen sterk omhoog is gegaan.”
De leukste herinneringen aan het voetbal liggen niet alleen in het veld: “In het voetbalteam heb ik hele leuke jaren meegemaakt. Vaak samen de stad in. We gingen weekenden weg. Naar Parijs, naar Denemarken.”
Wat ze ook nog wil aanstippen: “Overal om me heen hoor ik over vriendenclubjes, die hun wortels hebben in het voetbal.” Zelf maakt ze deel uit van een wandelgroepje van 9 oud-Be Quicksters. “Ik kom nog af en toe bij Be Quick. Ik vind het nog altijd een hele leuke club. En voetbal blijft de mooiste sport die er is.”
Gerco Grevers
Maart 2022